Dag 3. Zelf Bangkok verkennen

Maandag 10 juli 2023

Onze weg vinden in Bangkok

Gisteren waren we bekaf na de lange reis. We zijn gisteravond op tijd naar bed gegaan. Om 4 uur wordt Jasper gewekt door een van de hanen die we gisteren voor ons hotel op straat zagen lopen. Om 05:45 uur worden we allemaal gewekt door een flinke onweersbui. Toch zijn we goed uitgeslapen als de wekker om 08:00 gaat. De bedden liggen heel goed. We kunnen niet wachten om op pad te gaan.

Toen we onze reis aan het voorbereiden waren, merkten we al snel dat je met gemak een week of meer kunt vullen in Bangkok. Dat is niet helemaal wat we willen. We willen namelijk meer van Thailand zien dan alleen Bangkok. Vandaar dat we besloten hebben om er maar twee dagen te blijven. Vandaag is de eerste volle dag in Bangkok.

We beginnen de dag met een heerlijk ontbijtbuffet met continentale en Amerikaanse gerechten. Zo zijn er gebakken aardappels, rijst, noedels, scrambled eggs, worstjes, pancakes, toast, yoghurt, cereals en vers fruit. Genoeg keuze dus. Tijdens het ontbijt stortregent het weer. Er komt zoveel water naar beneden zetten, dat we ons afvragen hoe we daar straks doorheen gaan.

Van juli tot en met oktober is het regenseizoen in Thailand en zal het bijna elke dag regenen is de voorspelling. Gelukkig regent het dan meestal maar een uurtje per dag. Het voordeel van Thailand bezoeken in het regenseizoen is dat de natuur heel groen is. 

Na het erg lekkere ontbijt is het gelukkig droog geworden. Het is tijd om naar een aantal prachtige tempels in de omgeving van het hotel te gaan. Gisteren hebben we al ervaren hoe groot en chaotisch Bangkok is. Onbegrijpelijk dat mensen hier gewoon de weg weten. Nu gaan we een poging wagen om zelf bij een paar bezienswaardigheden te komen. Eerst stoppen we bij de 7-Eleven om wegwerp-regenponcho’s te kopen. Je weet maar nooit.

Als eerste willen we naar het Grand Royal Palace (het Koninklijk Paleis) en het daarnaast gelegen Wat Phra Kaew. Vanaf ons hotel is het ruim 30 minuten lopen. Een taxirit om in Bangkok van A naar B te komen wordt afgeraden. Het is enorm druk en de kans dat je heel erg lang onderweg zult zijn is groot. Omdat we deze vakantie genoeg zullen lopen, kiezen we ervoor om met de boot naar het Grand Royal Palace te gaan. De meeste bezienswaardigheden liggen langs de oevers van de Chao Phraya rivier en zijn dus gemakkelijk te bereiken met de boot. Op ongeveer 15 minuten lopen van ons hotel, in de buurt van Khao San Road, gaan we op zoek naar Pier N13 Phra Arthit. Het is wel even zoeken naar het straatje dat we in moeten om bij de pier te komen. We zien wel een bord staan, maar dat wijst naar een heel smal en donker steegje vol met marktkraampjes. Er zit een man achter een tafeltje aan het begin van het steegje die ons vertelt dat we goed zitten. Aan het eind van dit steegje is de pier.

In het steegje kopen ook Mascha en Jasper hun olifantenbroek. Nu zien we er tenminste alle vier uit als toeristen in Thailand. We willen hier natuurlijk niet opvallen zonder die gekke broeken.

Als we de pier gevonden hebben, kopen we daar een kaartje voor de Chao Phraya Touristboat, een Hop On Hop Off boot. Voor de prijs, 16 bath hoef je het zeker niet te laten. Er zijn vier verschillende routes met ieder een eigen kleur.

Chao Phraya Touristboot, oranje route.

Op de plattegrond hebben we al gezien dat we naar het Grand Royal Palace de boten met de oranje vlag kunnen nemen. We wachten tot er een boot met een oranje vlag aan de pier arriveert. Het opstappen en vertrekken gaat enorm snel. Als je even aarzelt mis je waarschijnlijk gewoon je boot. De boot stopt iedere 5 minuten bij een halte. Het varen in de boot is al een activiteit op zich en een leuke manier om Bangkok vanaf het water te zien. Dit is toch veel leuker dan een half uur lopen…

We stappen uit bij Pier N9 Tha Chang. We wandelen we eerst op ons gemak naar Grand Royal Palace (het koninklijk paleis). Het laatste stuk hoeven we alleen maar de vele toeristen te volgen om er te komen. We hebben er met onze kledingkeuze vanmorgen al rekening mee gehouden dat in de tempels de knieën en schouders bedekt moeten zijn. Een korte broek die net over de knieën valt volstaat niet. Gelukkig lopen er hier heel veel toeristen rond met de olifantenbroeken die wij nu ook hebben.


Grand Royal Palace en de Wat Phra Kaew, de tempel van de Smaragdgroene Boeddha

Boven de wat minder mooie witte muur rondom het complex zien we wat gouden punten uitsteken van het Grand Royal Palace. Het is al flink druk. We gaan op zoek naar de ingang om een kaartje te kopen. Voor 500 bath mogen we zowel de Wat Phra Kaew als het Grand Royal Palace bezoeken.

We volgen de massa toeristen en komen als eerste bij de Wat Phra Kaew, de tempel van de Smaragdgroene Boeddha. De Wat Phra Kaew is de belangrijkste boeddhistische tempel van Bangkok en het staat op het grondgebied van het Grand Royal Palace. Het is hier echt enorm druk. Vooral de grote groepen Chinese toeristen zijn erg aanwezig. Iedere keer als we een foto proberen te nemen, gaat er een grote groep voor onze neus staan voor een groepsfoto. Zijn ze klaar dan duwt de volgende groep zich met luid geschreeuw naar voren. Pfff, drukte is hier te verwachten, maar dit is echt irritant.

Het is hier echt prachtig en vooral Kirsten geniet van alle bling-bling. Al die gouden chedi’s (een massief, klokvormig stenen gebouw dat Boeddhistische relieken of de as van een koning bevat) en de glinsterende versiersels vindt ze prachtig. Alleen aan de buitenkant van de tempel zitten al duizenden edelstenen en mozaïektegeltjes. In het tempelcomplex staan grote standbeelden van reuzen (yaks), afschrikwekkende tempelwachters uit de boeddhistische mythologie.

We willen ook nog binnen in de tempel kijken. Om naar binnen te mogen, moeten we onze schoenen uittrekken. Het ruikt er heerlijk met al die stinkende zweetvoeten. Op de muren binnen zien we enorme muurschilderingen over het leven van de Boeddha.  Dan komen we bij de grote houten troon die bedekt is met goud. Bovenop de troon zit de belangrijkste bezienswaardigheid van de Wat Phra Kaew, de slechts 66 centimeter grote Smaragdgroene Boeddha (Phra Kaew Morakot). Dit is het meest heilige Boeddhabeeld van Thailand, gemaakt van jade. Het is eigenlijk maar een heel klein beeldje in zo’n enorme tempel. We zagen te laat dat we binnen geen foto’s maken.

Vanaf de Wat Phra Kaew lopen we door naar het Grand Royal Palace. Dit is het voormalig onderkomen van de Thaise koning. De daken van het paleis zijn goud omlijst. Er staan een aantal grote beelden van olifanten. Bij het paleis horen meerdere gebouwen en een paleistuin die ook weer erg mooi zijn. Voor de ingangen staan bewakers in wit uniform op wacht. Het is ook hier enorm druk met toeristen. Als we net een plekje in de schaduw hebben gevonden om wat water te drinken, komt er een groep bewakers voorbij marcheren. Dat is leuk om te zien.


Wat Pho, de Tempel van de liggende Boeddha

Na een paar honderd meter lopen van het Grand Royal Palace en de Wat Phra Kaew, komen we bij de Tempel van liggende Boeddha: de Wat Pho. Dit is de oudste en grootste boeddhistische tempel van Bangkok. De liggende Boeddha, Phra Buddha Saiys, is enorm groot (45 meter lang en 15 meter hoog). Het blijkt een flinke uitdaging om deze Boeddha in zijn geheel op de foto te krijgen, omdat deze ook nog eens voor een deel verscholen ligt achter pilaren. Verspreid over het hele terrein van de tempel staan kleine tempeltjes en meer dan 1000 andere Boeddhabeelden. Achter de tempel staan verschillende potten waar je muntjes in kunt gooien voor geluk. Het geluid van vallende muntjes hoor je non-stop. Bij de ingang kun je die muntjes kopen, wel 108. De muntjes moet je dan stuk voor stuk in de 108 bronzen schalen leggen. Dit schijnt geluk te brengen.


Wat Arun, de Tempel van de Dageraad

Als we zijn uitgekeken gaan we op zoek naar de Tha Tien pier N8 (verstopt achter een kleine markt). Hier kunnen we voor 5 baht per persoon met een pondje de Chao Phraya rivier oversteken naar de Wat Arun, de Tempel van de Dageraad. Doordat de Wat Arun aan het water ligt, kunnen we vanaf het water de enorme prang van de Wat Arun al zien. Als we van de pond komen, ploffen we eerst neer bij een terrasje voor een verkoelend drankje. Pfff, wat is het warm en broeierig. Daar moeten we nog een beetje aan wennen.

Dan lopen we door naar de tempel. De middelste prang (pagode) kunnen we tot halverwege beklimmen via een flink steile trap. Als we boven komen worden we beloond met een prachtig uitzicht over de rivier en de wolkenkrabbers. De 82 meter hoge prang is versierd met bloemenmozaïeken gemaakt van miljoenen stukjes Chinees porselein. Dit porselein kwam van Chinese schepen die aanmeerden in de haven van Bangkok en daar overtollig porselein dumpten. Tegen de muren van de tempel zijn Chinese porseleinen bordjes geplakt. Het schijnt dat er niet genoeg geld was om de tempel af te bouwen. De bevolking heeft de tempel toen versierd met hun eigen porseleinen servies. Geen idee of dat ook echt waar is. De prang van de Wat Arun staat afgebeeld op het 10 baht muntje. 

Op het terrein van de Wat Arun lopen we langs een rij van heel veel gouden Boeddhabeelden. Als je er langs kijkt, is het net of er geen einde aan de lange rij komt.

We nemen de pond terug naar de richting de Wat Pho en vervolgens de Chao Phraya Touristboat terug naar Pier N13 Phra Arthit.


Wat Saket, de Gouden Berg

Voor vandaag hebben we nog één activiteit op ons programma staan, het beklimmen van de Wat Saket (De Gouden Berg). Geadviseerd wordt om met de beklimming te beginnen rond 17:00/17:30 uur in verband met de zonsondergang. Omdat we geen benen meer over hebben, besluiten we om met een taxi te gaan. We hebben de Grab-app op onze telefoon gezet (lijkt op Uber). Het blijkt heel gemakkelijk te zijn, en binnen 5 minuten worden we opgehaald door een Grab-chauffeur. Het voordeel van Grab is dat we vooraf al weten hoeveel we moeten betalen voor een ritje en ons geen zorgen hoeven te maken of een taxichauffeur zijn meter wel aan zet.

We worden voor de ingang van de Wat Saket afgezet. Vol goede moed beginnen we aan de klim van de 344 treden omhoog naar de top van de Wat Saket. Gelukkig ligt de wenteltrap in de schaduw en lopen we rondom de voet van de tempel. Het is dus geen rechte trap omhoog en is daardoor goed te doen. We lopen langs kleurige bloemperkjes, watervalletjes en vrolijke Boeddhabeelden. Onderweg hangen grote klokken die geluk brengen als je ze luidt. We hebben ze allemaal geluid, nu maar afwachten… Boven op de berg zien we de grote gouden tempel en een gouden Boeddhabeeld. We worden verblijd met een prachtig panorama-uitzicht over de stad. We lopen een rondje om de grote gouden chedi. Als we alles gezien hebben, lopen we weer rustig naar beneden. We hebben niet zoveel puf om nog op de zonsondergang te wachten.


Khao San Road

We hebben voor vandaag genoeg tempels gezien en voelen onze benen flink. We nemen een Grab terug naar Khao San Road. We worden afgezet bij de Thanon Ram Buttri, de straat waar we gisteren hebben gegeten. Als we iets verder lopen komen we bij de Soi Ram Buttri. Ook dit is een erg leuke straat met veel restaurantjes en winkels. Als snel vinden we hier een leuk restaurantje, Madam Musur. De menukaart is erg uitgebreid en na lang nadenken kiezen we een Massaman Gai (Mascha), Pad Med Mamuang (Jasper) en een curry (Dave). Kirsten houdt het nog steeds op save met patatjes en dit keer probeert ze de springrols die ze erg lekker blijkt te vinden. Ook heeft ze de heerlijke fruit-smoothies ontdekt.

Als we uitgegeten zijn willen we dan toch echt naar Khao San Road. Khao San Road ligt op 5 minuten lopen parallel aan de Soi Ram Buttri. We horen de herrie al van verre. Het is hier veel drukker dan bij de Soi Ram Buttri en de muziek is enorm hard. Er zijn hier ook heel wat straatverkopers die cannabis, lachgas of een op maat gemaakt pak aan je willen verkopen. We vinden de Soi Ram Buttri veel gezelliger, maar we kunnen in ieder geval zeggen dat we hier geweest zijn.

Het is ondertussen al 21:30 uur. We wandelen rustig terug naar ons hotel en duiken ons bed in. Morgen staat de wekker heel vroeg…

Lees verder: Reisverslag dag 4: Fietsen door Bangkok en op zoek naar varanen